Tussenstand 2015: EUR 16715,66 in samenwerking met de Stichting SOS Straatkinderen

zaterdag 16 juli 2011

Een Maxi Taxi is nooit te vol

Op de laatste dag dat we in Roemenië zijn, staat het bezoek aan de arme gezinnen op het programma. Allereerst passeren we een arme hond: aan de andere kant van een hek staat een loops teefje en de hond probeert uit alle macht door een veel te klein gat in het hek te kruipen. Dit levert mooi foto- en filmmateriaal op!

We beginnen in wat Ellen het Centerparcs-straatje noemt. Hier wonen o.a. de familie Ciriac (Adi en Ionuts) en Alex en Alexandra. Bij Ciriac is niemand thuis, dus we kunnen alleen een blik werpen op het smerige toilet dat we achterom kunnen bereiken. We vervolgen onze wandeling met een bezoek aan het gezin van Erdal. Daarvoor moeten we onder pijpleidingen doorkruipen langs een afgrond. Zo komen we bij veel van de kinderen met wie we op kamp zijn geweest. Ik zie dat het bij de leerlingen meer indruk maakt dan andere jaren, omdat we dit bezoek nu ná het kamp doen, terwijl we het er anders altijd vóór hebben gedaan.

Onderweg worden we nog aangesproken door een Roemeen, die zich afvraagt waarom we deze ´zigeuners´ helpen. Volgens hem zijn zij het namelijk die over tien jaar naar West-Europa komen om ons te bestelen. Het is hun schuld dat Roemenen in heel Europa de naam hebben te stelen en op te lichten. Het geeft een goed beeld van hoe de Roemeense bevolking omgaat met mensen op straat.

Dan volgt het zware moment waar we allemaal tegenaan hikken: het afscheid van de kinderen die in de buurt van Casa Sami wonen. Veel kinderen komen niet opdagen, omdat ze geen afscheid willen nemen, maar de overgebleven kinderen trekken alsnog voldoende tranen uit de afscheidnemende Nederlanders.

Nog twee huisbezoeken staan op het programma. Het is bij gezinnen waar ik zelf ook nog nooit was geweest, die wat verder weg wonen. Met name het bezoek aan Roxana en Razvan maakt veel indruk. Bij het binnenlopen van hun ´huis´ kreeg ik het gevoel of ik het varkenshok bij de buren van mijn oma vroeger binnenwandelde. Als toilet vind je niet meer dan een gat in de grond met een triplex wandje eromheen. We zijn hier bij de armste gezinnen die door de stichting worden geholpen. Ook hier nemen we definitief afscheid.

We wandelen naar het casino, de enige bezienswaardigheid die Constanta te bieden heeft. De wandeling is alleen zo veel langer dan aangekondigd, dat we doodop zijn als we aankomen. We genieten even van het uitzicht en nemen een taxi naar huis. Daar frissen we ons op, waarna we de Maxi Taxi nemen naar Mamaia. De Maxi Taxi zit, zoals gebruikelijk, weer bomvol. In Mamaia eten we bij de grillbar van de eerste avond. Natuurlijk worden we al snel weer geconfronteerd met Alina. Ze komt op ons afgerend en vliegt Ramona in de armen. Haar valt op dat Alina op kapotte slippertjes loopt. Tom en Ramona nemen haar mee naar de kledingwinkeltjes en steken haar helemaal in het nieuw. Om te voorkomen dat moeder moeilijk gaat doen, kopen ze ook meteen vijf rozen van haar, zodat het niet ten koste is gegaan van haar ´werktijd´.

´s Avonds willen we teruggaan naar ons huisje. De enige Maxi Taxi die langskomt zit al helemaal vol. Toch stopt hij en worden we met vijftien mensen binnengelaten. Op, onder en over elkaar worden we naar huis vervoerd, terwijl de chauffeur iemand belt om trots te zeggen dat hij meer dan dertig mensen in zijn busje heeft. Wij zorgen voor wat feestvreugde door het narwallied door de bus te galmen, maar de aanwezige Roemenen imiteren daarop ritssluitingen over hun monden...

Over de weg terug naar Nederland heb ik niet al te veel meer te vertellen, alleen dat ik diep respect heb voor Joep die, omdat hij weigert iets weg te gooien voor de security op het vliegveld, anderhalve liter cola kan atten! Bij 33 graden stappen we in het vliegtuig, waar we bij 15 graden en harde regen weer uitkomen.

Ik ben erg trots op de groep leerlingen die iets fantastisch voor elkaar gekregen hebben: niet alleen hebben ze de kinderen van Constanta een geweldige tijd bezorgd, maar ook hebben ze de staf van Casa Sami ervan weten te overtuigen dat ze een geweldig team zijn!

donderdag 14 juli 2011

Terug in Constanta

Woensdag mogen we een dagje ontspannen in Aqua Magic, het grote zwem- en glijbanenparadijs. Nadat we alle glijbanen hebben uitgeprobeerd, gaan we naar een stuk open zwembad met een bar erin. In dat bad kijken we hoe ver we kunnen gaan zonder dat de 75 badmeesters die ons omringen gaan fluiten. Niet erg ver dus. Regelmatig worden we teruggefloten om de kleine vergrijpjes die we plegen, zoals het op elkaar leggen van twee zwembanden. Amber gaat echt te ver als ze een personeelslid per ongeluk nat spettert in het voorbijlopen. Haar wordt de toegang tot de kleedkamers ontzegd.

In de bar in het water treffen we Tom die daar al een tijdje zit te proeven. We nemen allemaal een drankje, waarna we nog een paar keer van de glijbanen gaan. Tegen sluitingstijd beklimmen we een podium waarop we het van Silvie geleerde kampdansje uitvoeren. Binnen de kortste keren hebben we zo´n veertig toeschouwers en krijgen we een staande ovatie.

Wederom eten we bij La Balansoar. Omdat het eten er goed was, één ober vriendelijk, en omdat we daar zeker zijn van een bezoekje van Alina. Gelukkig komt ze inderdaad langs en is ze erg blij ons te zien. En gelukkig spreken wij slecht Roemeens, zodat we niet tegen haar kunnen zeggen dat het kamp zo geweldig was. Ik had stiekem extra eten meegenomen in mijn tas, dus nodigen we haar aan tafel uit en we laten haar mee-eten. De leuke ober is er deze keer niet en de rest van het personeel is erg chagrijnig. We krijgen schamele porties eten en Ramona´s zalm is zelfs zwart. Als we daarover klagen, reageren ze nogal onvriendelijk: ´You´re not gonna pay, or what?´ Het is duidelijk: geen toetjes, geen cocktails en geen fooi hier. We betalen en verhuizen een deurtje verder.

Donderdag gaan we op pad met de oudere straatjongens. Net als vorig jaar gaan we met de bus naar Cheile Dobrogei. Voor ons bezoek aan dit geologische monument gaan we naar de Real om inkopen te doen voor een grote barbecue. Stapels vlees worden ingeslagen, met name de typisch Roemeense carne de mici omdat we weten dat de jongens (en Dragos!) daar gek op zijn. Carne de mici is eigenlijk de Roemeense variant van de frikandel: het is een gehaktrolletje, waaraan je proeft en voelt dat er ook allerlei ander vleesafval doorheengedraaid wordt.

De barbecue wordt aangestoken. Terwijl we aan de slag gaan om alles voor te bereiden wordt er al flink gevoetbald en gevolleybald. Een jongen heeft twee geweren bij zich waarmee iedereen schietles krijgt. Het zijn van die ´Belgische´ speelgoedgeweren. Ze vallen in de categorie speelgoed, maar onvoorzichtigheid kan iemand goed verwonden of verblinden. Wij mikken op bekertjes, maar de jongens ook gewoon op elkaar. Als één ervan op de plaatselijke zwerfhonden begint te schieten, neemt Ellen de geweren in. De eigenaar is daarover zo verbolgen dat hij de rest van de dag niet meer aanspreekbaar is.

Op het terrein hangt een slangetje uit de bergen, waaruit water rechtstreeks uit de bergen sijpelt. Dit water is zo te drinken en daarbij ook erg lekker. Met een stapel lege flessen maken we enkele keren de wandeling naar dit punt, omdat het water beter smaakt dan het meegenomen flessenwater. Tijdens die wandeling, maar ook tijdens de picknick zie je overal grondeekhoorns rondrennen. Dit gebied stikt ervan. Natuurlijk klinkt het verleidelijk er één te vangen en te slachten voor op de barbecue, maar ze blijven op veilige afstand. Als je in de buurt komt, verdwijnen ze snel in één van de ontelbare holletjes in het gras.

Het jaarlijkse kringgesprek gaat van start. Om de beurt vertelt iedereen wie hij of zij is en wat hem of haar bezighoudt. De straatjongens zijn zeer openhartig en geven antwoord op alle vragen die onze leerlingen stellen. Je merkt grote verschillen tussen jongens die echt nadenken over de toekomst en andere die denken dat ze helemaal geen toekomst hebben. Na het gesprek neemt één van de jongens me apart om me te bedanken dat we deze dag voor ze georganiseerd hebben. Hij is erg dankbaar, maar wil duidelijk niet dat de anderen zien dat hij me daarvoor komt bedanken.

´s Avonds in het appartement spelen we Set en een quiz, waarna de meesten hun bed opzoeken. Alleen Wouter, Joep, Amber en ik blijven over. We treffen Rick in bed aan, die ligt te slapen in een houding alsof hij ligt opgebaard. Daarover maken we een interessante videoreportage. Daarna gaat de hilariteit nog lang door in de keuken. Wat er allemaal is gebeurd, ga ik niet vertellen in het kader van: daar had je gewoon bij moeten zijn. De camera is al die tijd blijven draaien, dus gelukkig hebben we de beelden nog!

dinsdag 12 juli 2011

Het epische einde van de trilogie

De dagen op kamp zijn allemaal een beetje hetzelfde. Daarom zal ik, net als vorig jaar, de hoogtepunten van het hele kamp samenvatten. Te beginnen met het eten. Eindelijk staat de langverwachte mamaliga op het menu. Hij is smaaklozer dan ooit, maar met wat zout is de gele prut best naar binnen te schuiven. Alleen Ramona laat met haar gezichtsuitdrukking merken dat dit de eerste en de laatste keer geweest is dat ze dit gegeten heeft. Bijna bij elke maaltijd krijgen we een klef vacuümverpakt chocoladecroissantje als toetje. Elke afwisseling daarvan is natuurlijk welkom, maar wat later staan we versteld van een nagerecht dat we krijgen. Keer op keer verbazen we ons om de, in onze ogen, overbezorgde manier waarop er soms met de kinderen wordt omgegaan. Bij het minste schaafwondje wordt er naar medicijnen en zelfs injecties gegrepen. Maar we krijgen hier wel een reep chocolade met een vulling met een behoorlijk alcoholpercentage en jong en oud smullen hier vrolijk van mee.

Langs het kampterrein loopt een riviertje. De kinderen moeten tussen de middag verplicht anderhalf uur naar bed en wij maken van die gelegenheid gebruik om deze snelstromende en ijskoude rivier te trotseren. De eerste dagen blijft het bij oversteken, maar later baden we erin, wassen we ons in het water en Wouter en ik proberen een flink stuk stroomopwaarts te lopen met een stok om onszelf staande te houden.

Weer een dag later nemen we de kinderen mee op een wandeling door de omgeving. We lopen bergop op zoek naar een leuk plekje om te picknicken. Na anderhalf uur lopen vinden we er een aan de overkant van de rivier. Net als in het verleden maken we een menselijke ketting door het water om de kleinste kinderen naar de overkant te transporteren. Als alle dertig kinderen aan de overkant zijn aangekomen, ontdekken we dat het daar barst van de rode mieren, waardoor we de ketting in omgekeerde volgorde nog een keer in werking zetten. De kinderen gaan in het gras zitten, terwijl wij in het koude water een dam gaan bouwen. Die poging is zo succesvol dat we onbedoeld de loop van de rivier verleggen. We kruipen weer aan land om samen met de kinderen de door de kampbeheerder nagebrachte sandwiches op te eten.

Omdat we de de danslessen hier niet zo goed vinden, besluit Silvie om die over te nemen. Niet alleen hebben we nu een dansinstructrice die in de maat kan dansen, maar ook de kinderen zijn ineens razend enthousiast. Tot nu toe deden de kinderen maar wat, maar nu deden ze allemaal goed mee om het dansje zo goed mogelijk te leren. Daarna maken we er gewoon een grote disco van, en alle kinderen gaan helemaal uit hun dak.

Na de disco wil ik naar bed gaan. Ik hoor nog wat gerommel in de kamer van Silvie en Daniëlle, dus ik wandel nog even binnen. Midden in de kamer staat Rick in zijn onderbroek en met een handdoek tot toga om zijn lijf geknoopt en haarspeldjes in zijn haar. Ik besluit te blijven om het verhaal hierachter boven water te krijgen, maar dat lukt niet meer. Omdat er inmiddels pus uit de wond aan de elleboog van Rick komt, vertellen we elkaar vervolgens nog lange tijd waar we allemaal ooit pus uit hebben gehad lopen.

Het gehele kamp staat in het teken van de liefdesperikelen. Adi is verliefd op Florentina, maar zij is verliefd op Gabi. Ze heeft daarin echter concurrentie van haar vier jaar oude zusje Roxana. Gelukkig vindt ze stiekem ook Rick leuk. Alexandra vindt Wouter leuk en Larisa Tom. Larisa loopt voortdurend iedereen aan elkaar te koppelen, maar elke keer dat je tegen haar zegt dat ze Tom leuk vindt, begint ze te huilen. Ze is zo´n kindje dat steeds andere kinderen pest, maar er niet tegen kan als je haar een koekje van eigen deeg geeft. Constantin is verliefd op Daniëlle en doet werkelijk alles om indruk op haar te maken. Tevergeefs. Dan hebben we nog Cosmin. Op wie hij verliefd is weten we niet, we weten alleen dat we hem betrapt hebben bij mannelijke bezigheden in de badkamer.

Net als Larisa is ook Costi een klein pestertje. Als iemand in de badkamer bezig is, rent hij altijd naar de knop om het licht uit te slaan. De lichtknop zit net iets te hoog voor hem, waardoor dit een grappig effect geeft: hij neemt een aanloop, springt omhoog en geeft een ram op de muur. Dit gaat zo door tot hij bij toeval de knop raakt. Als hij ´s avonds echter zelf aan de beurt is om te douchen, wilt hij niet en begint hij te huilen. Omdat hij alleen Roemeens spreekt, halen we Ellen erbij om te vertalen wat er aan de hand is. Dan blijkt dat hij niet dúrft te douchen, omdat hij bang is in het donker en denkt dat anderen nu ook bij hem het licht uit zullen maken.

Erdal en Geilan hebben deze keer ook hun kleine broertje Elvis meegenomen. Vorig jaar viel het duo op door hun agressieve en regelmatig gevaarlijke gedrag. Ze worden thuis mishandeld en dat zag je terug in hun gedrag. Dat was dit jaar gelukkig veel minder. Nog steeds uiten ze dreigementen over het ophangen van mensen, ze te martelen tot de dood en daarna een bom op hun huis te gooien, maar Erdal valt dit jaar met name op door de zangsolo die hij steeds laat horen. Hij steekt zijn linkerarm de lucht in, beweegt de vingers van zijn rechterhand over zijn navel, als had hij een gitaar in zijn handen, en schreeuwt uit: Oooooooo, neepwaatee! wat zoveel betekent als o, nichtje! Het feit dat Erdal met zijn rechteroog in zijn linkerbroekzak kan kijken maakt dit tafereel nog grappiger dan het al klinkt.

Op de laatste dag organiseren we een serie estafettespelletjes, waarbij de kinderen bijvoorbeeld moeten zaklopen en kruiwagenlopen. We horen zo af en toe al wat gerommel, en als we net klaar zijn, barst een enorm onweer los. We vluchten naar de eetzaal en, na de lunch, naar de slaapkamers. Na het middagdutje is het gelukkig weer droog en beginnen we met de talentenjacht. De kinderen kunnen laten zien wat ze kunnen en we zijn onder andere getuige van een spectaculaire acrobatische dansact met Burley in de hoofdrol. Na dit programma-onderdeel krijgen alle kinderen een diploma. Ook wij krijgen van de Roemeense staf een diploma. Wouter en Rick voor beste leraar, Silvie beste dansinstructrice, Joep beste vogelimitator, Daniëlle speelt het beste mee met spelletjes, Tom is de charmantste danser, Sophie denkt altijd eerst aan de kinderen en dan pas aan zichzelf, Amber heeft het meeste geduld met de kinderen, Ramona heeft de beste stem en ik ben de meester-alle-dieren-eter.

We sluiten af met een groot kampvuur, waarbij de eerste tranen vallen. Dat belooft wat voor het echte afscheid van de kinderen aanstaande vrijdag...

zaterdag 9 juli 2011

Het kamp - Part II

Vrijdagmorgen beginnen we na het ontbijt met een wandeling. We gaan op zoek naar een waterval die in de buurt moet liggen. Al snel komen we bij een flinke stroomversnelling, en de kleine kinderen roepen al snel uit Oeeeee! Cascade! Gelukkig zijn ze hier al tevreden mee, want de grote verwachte waterval blijft uit. Afgelopen lente is er zo veel smeltwater uit de bergen naar beneden gekomen, dat er in het gebied veel vernield is. Ook de waterval is op die manier aan zijn einde gekomen.

Omdat de kleinsten moe zijn en het erg heet is, draaien we op een gegeven moment om. Joep probeert, in zijn rol van gisteravond, nog even over het water te lopen, maar dat mislukt. Waarschijnlijk gewoon een kwestie van concentratie. Teleurgesteld lopen we terug naar het kampterrein.

Na de lunch is het tijd voor het middagdutje van de kinderen. Onze leerlingen maken van de gelegenheid gebruik om het riviertje te gaan verkennen en lopen erdoorheen. Wouter is de enige die helemaal onder water durft. Als ze terugkomen, daagt hij mij uit om morgen ook mee onder water te gaan. Natuurlijk zeg ik koelbloedig ja, maar ik zie daar nu al tegenop. Ik heb dan wel in de Noordelijke IJszee gezwommen, maar om nu te zeggen dat dat een aangename ervaring was... Na het middagdutje is het tijd voor het ballonnenfestijn! Dat dachten we tenminste. Er worden regels bedacht die vervolgens op vier verschillende manieren door iedereen worden uitgelegd, en niemand snapt er nog iets van. Het enige wat iedereen wil is natuurlijk gewoon gooien. Dat gebeurt uiteindelijk ook, maar er zijn zo weinig ballonnen, dat dat niet erg lang duurt. Bogdan drukt er een paar achterover om Ramona en Lori op een onverwacht moment nat te maken. Als Tom de tuinslang aansluit, is het waterfeest alsnog compleet.

Na het diner is er eerst de dagelijkse evaluatie met het hele team: wij en de Roemeense staf. Daarin is zo weinig te bespreken dat het al snel omslaat in een klapspelletje met z´n allen. Daarna krijgen we dansles. Dat hadden we gistermorgen ook, maar toen ben ik het gewoon vergeten te vertellen. Enthousiast begin ik mee te doen, maar de instructrice beweegt zo ongelooflijk uit de maat dat ik daar ook snel weer mee ophoud. Met Sophie, Joep en Amber speel ik wat potjes Ligretto, een kaartspel dat hier nogal populair is. Het is een soort aftreksel van Skip-Bo, en gaat alleen wat sneller dan dat spel en valsspelen door je tegenstanders is absoluut niet te controleren.

Als de kinderen slapen, bouwen we een kampvuurtje. Dat wil zeggen: we doen een leuke poging, want al het hout is nat en we vinden alleen twee aanstekers die bijna leeg zijn. Gelukkig wandelt er op het terrein een soort conciërge rond. Hij wil natuurlijk graag helpen om het vuur aan te maken, zodat we nog even met z´n allen lekker warm kunnen napraten.

donderdag 7 juli 2011

Pipi? Noe, kaka!

Woensdag beginnen we aan een busreis van tien uur naar Sibiu, waar we een week op kamp gaan met de straatkinderen. In de bus kijken we achtereenvolgens Ice Age I, Ice Age II en Ice Age III. Omdat we daarna nog steeds niet op onze bestemming zijn, kijken we Ice Age III twee keer achter elkaar. Bij een wegrestaurant mogen we de kinderen zelfs tegen betaling niet laten plassen. Na een dreigement dit te zullen schrijven aan een krant, laten we alle kinderen gewoon achter het restaurant plassen.

We trekken steeds verder de bergen in. Die bergen worden ook steeds hoger en mooier en ze omsluiten grote meren en een snelstromende bergrivier. Na het aanschouwen van wat live straatprostitutie, passeren we een dorpje. Hier worden we geconfronteerd met een bijzondere groep tegenliggers. Een voor een komen tientallen koeien ons tegemoet. De koeien weten de weg naar huis zelf en lopen dus zonder begeleiding door de straten. Tegen half negen arriveren we eindelijk op het kampterrein, waar we gelukkig meteen aan tafel kunnen. Na het eten richten we de kamers in. De kinderen gaan slapen en wij gaan nog wat buiten zitten. Silvie gaat wel alvast naar bed en ligt als enige op die kamer te slapen. Joep wil haar laten schrikken en zegt tegen de muur op te lopen naar het raam van de eerste verdieping om daar op te slaan. Hij neemt een aanloop en... loopt inderdaad tegen de muur op.

Het blijft donderdag niet bij die brokken. Achtereenvolgens wordt bijna iedereen van onze groep uitgeschakeld. Daniëlle voetbalt, ondanks herhaaldelijk waarschuwen, op haar blote voeten, trapt op een steen en haar hele voet ligt open. Joep krijgt vanzelf hoofdpijn, wat waarschijnlijk een restant is van de klap van gisteren. Rick valt op zijn elleboog waar daarna een gat in zit, Wouter schaaft zijn hele been open in een val en Silvie wordt door een overdreven service van Dragos bij het volleyballen van de baan afgekegeld. De dokter van het kampterrein heeft het vandaag maar druk met ons.

We voetballen, volleyen, kaarten en proberen hagedissen te vangen. Rick vangt er een bij de staart. De hagedis laat de staart los en het ding ligt nog geruime tijd in Ricks hand te kronkelen. Natuurlijk spelen we ook het bekende kamp-beukspel zare zare vrai hostazj (of zoiets) en allerlei andere spelletjes.

We zien dat de kinderen hier niet gewend zijn aan sanitaire voorzieningen. Costi staat keurig in de toiletpot te plassen, maar doet dat wel vanaf anderhalve meter afstand. Als hij gaat douchen, heeft hij alle shampoo al gebruikt voor het water loopt en zijn kleren uit zijn. Later op de avond zit Elvis op het toilet, maar Costi wil naar binnen om zijn tanden te poetsen. Ik zeg tegen Costi in mijn beste Roemeens waarom hij niet naar de badkamer kan: Noe, Elvis pipi! De deur zwaait open en Elvis staat met zijn broek op zijn enkels in de deuropening: Noe! Kaka!

Met veel moeite krijgen we de kinderen in bed. We maken een kampvuurtje waar we met de Nederlanders en Dragos nog een tijdje bij gaan zitten. Rick en Dragos raken met elkaar in gesprek over het geloof. Het blijkt precies hetzelfde gesprek te zijn als ik vorig jaar met Dragos heb gehad. Hij kan niet eens geloven dat er mensen bestaan die niet in god geloven. Ik ben blij dat mij deze discussie dit jaar bespaard blijft. Tussen Joep en mij ontstaat ook een interessante dialoog. Met een slecht Limburgs accent spelen we dat ik god ben en hij Jezus. We improviseren een mooie sketch bij elkaar en krijgen zo de lachers op onze hand. Als we willen gaan slapen, komen we tot de conclusie dat het vuur te groot is om met z´n allen uit te plassen, dus putten we maar uit de rivier die langs het kampterrein loopt om het kampvuur te doven.

dinsdag 5 juli 2011

Tiramisu, the sequel

Dinsdagmorgen lig ik in bed te wachten op Wouters stoomboot. Deze keer is hij echter vergeten om het geluid van zijn telefoon aan te zetten, waardoor we, wat later dan de bedoeling was, gewekt worden door de rest van de groep. Na het ontbijt nemen we de Maxi Taxi naar een nieuwe dag in Casa Sami. Alle straatkinderen blijven vragen naar René en Erik en zijn zichtbaar teleurgesteld dat zij er niet bij zijn. Veel kinderen denken ook dat Joep René is, wat hem de bijnaam reneïncarnatie oplevert.

Vandaag worden de laatste dingen voor het kamp in orde gemaakt. ´s Ochtends zijn, zoals gebruikelijk, de straattieners in Casa Sami. Er ontstaat een enorm watergevecht. Daarbij wordt voornamelijk gebruik gemaakt van de handen, omdat we maar één waterballon hebben. Een van de straattieners heeft echter een idee en komt even later met een condoom aanzetten. Hij hangt het condoom aan de kraan, laat er een litertje of tien inlopen en gebruikt dit vervolgens maar als ballon. Als je ziet hoeveel kinderen er in die arme gezinnen geboren worden, zouden ze die condooms beter voor andere dingen gebruiken.

Na het eten staan Alin en Alina aan de poort. Zij zijn de kinderen uit het vorige verhaal, die rozen moeten verkopen en niet meer naar Casa Sami mogen komen. Onze leerlingen gaan uit zichzelf koekjes kopen voor deze twee en zeggen hen dat ze de koekjes op moeten eten voor ze terug naar huis gaan. Ze schrokken. Dan komen de andere kinderen uit Casa Sami met ijsjes. We nemen Alin en Alina mee naar de winkel om ook voor hen ijsjes te kopen. We zijn inmiddels gewend aan de mensen die ons vuil aankijken omdat wij ons iets aantrekken van het lot van deze kinderen. De meeste Roemenen kijken trouwens nogal kwaad en ontevreden als je een gemiddelde Maxi Taxi observeert.

De kinderen worden vandaag iets vroeger naar huis gestuurd, omdat we morgen met iedereen op kamp gaan. Rick en Wouter poetsen de badkamer nog even, waarna we op weg gaan naar Mamaia. Daar nemen we plaats op het strand en even later ook in de koude zee. We zien in de zee van die grote bananen rondvaren en besluiten er ook een te huren. Rick blijft aan de kant om alles op beeld vast te leggen en met z´n negenen stuiven we de Zwarte Zee op. Al snel liggen we daar ook allemaal in en begint de zware opdracht om weer terug op dat ding te komen. Met wat hulp komen uiteindelijk ook Amber, Joep en ik erop en we schieten weer verder. We krijgen de truc door en meedeinend naar links en rechts trotseren we de zee. Na een vuile schijnbeweging vallen we er nog één keer af, maar de rest van de rit blijven we ongedeerd in het zadel.

We keren die avond terug naar La Balansoar, omdat het eten er goed was en omdat we daar gisteren zo veel lol hebben gehad. De ober herkent ons van het tiramisufestijn en brengt nu al een extra bak servetjes. Tom, Wouter, Rick en ik bestellen de vleestoren: zeven soorten vlees voor vier personen tot een imposante toren gestapeld. Op het plaatje dan. In werkelijkheid was het wat minder spectaculair maar toch erg lekker. In ons gesprek gebruiken we expres vaak het woord tiramisu en elke keer begint de ober te lachen. De rest van het personeel ziet het allemaal niet zo zitten en draait steeds de muziek een beetje harder om geen last van ons te hebben. Na het hoofdgerecht bestellen we een toetje. Wederom willen de meesten tiramisu. Deze keer wordt die keurig opgegeten. De ober brengt er alleen nog eentje extra. Tja. Wat moeten we daar dan mee? Na loting blijkt dat Wouter en Amber de sigaar zijn. We tellen tot drie en zij wrijven elkaars gezichten in met de overgebleven tiramisu. Meteen is de ober weer behulpzaam met servetjes. We bestellen nog een cocktail om een gezellige avond af te sluiten. Daarna kruipen we vroeg ons bed in, om te slapen nu het nog kan...

maandag 4 juli 2011

Doopfeest in Constanta

Maandagmorgen word ik wakker van een vreemd geluid. Het lijkt wel een soort stoomboot. Ik kleed me aan en wil buiten poolshoogte gaan nemen. Als ik in de keuken sta, lijkt het geluid gewoon uit onze kamer te komen. In onze kamer teruggekomen, vind ik de stoomboot: het is de wekker van Wouter waar hij zelf doorheen ligt te slapen.

We hebben een betere methode gevonden om de kakkerlakken te bestrijden: we leggen ze nu gewoon op hun rug, waardoor ze niks meer kunnen. Verspreid door ons hele huis liggen de beestjes te wachten tot we ze volgende week weer bevrijden. Tijdens het ontbijt introduceert Sophie het melkshotje, waardoor we er voor vandaag weer tegenaan kunnen.

Vandaag worden we meteen op iets bijzonders getrakteerd. Een van de allerjongste kinderen, het broertje van Ionela, wordt vandaag gedoopt. We weten niet wat ons overkomt! We komen binnen in een prachtige kerk, vol met schilderingen en zeer gedetailleerd houtsnijwerk. Terwijl we wachten wordt de doopvont gevuld met gewoon bronwater uit flessen.

We hebben het gevoel dat er iets groots staat te gebeuren. We verwachten eigenlijk elk moment showmuziek, en een pastoor die naar beneden komt over een showtrap die tevoorschijn komt doordat het houtsnijwerk uit elkaar schuift. In afwachting daarvan vragen we ons af waarom er zo veel camera´s zijn in de kerk. Een onbekende vrouw vraagt mij wat wij hier doen. Als ik haar kort vertel wat onze taak is, trekt ze me naar buiten. Voor de kerk word ik voor een camera gegooid en maak ik mijn debuut op de Roemeense televisie. In een interview mag ik vertellen wat onze motivatie is om in Roemenië zwerfkinderen te komen helpen.

De camera´s blijken een documentaire te maken over de doop van een straatkind. Het hele festijn is gefinancierd door het Rode Kruis. En dat zullen we weten ook. De moeder van de baby wordt meteen aan de kant gezet. Een Rode-Kruisvrijwilligster pakt het kind af en speelt vanaf dan moeder. Helemaal opgedirkt voor het festijn wordt zij omgeven door andere mensen die het kind helemaal niet kennen. Het geeft erg het gevoel dat al deze mensen hier alleen maar staan om voor de camera te laten zien dat zij het geld bijeen hebben gebracht om dit kind te dopen.

Dan gebeurt eindelijk waarop we wachtten: met een knal beginnen de kroonluchters te branden. De showtrap blijft uit, maar de pastoor komt zingend uit zijn kleedkamer, vergezeld van vier backing vocals. Hij blijft maar zingen en zegent ondertussen het bronwater met zijn handen en met zijn neus. De Rode-Kruisvrouw heeft het kind nog steeds vast en de moeder is in geen velden of wegen te bekennen. Het kind laat zijn ongenoegen hierover blijken door aan één stuk door te huilen.

Het grote moment is daar. De pastoor pakt het kind onder de okseltjes en begint de baby te soppen in de doopvont. Na het kind enkele keren onder water geduwd te hebben, geeft hij het terug aan de Rode-Kruisvrouw. Dan gaan ze samen rondjes dansen om de doopvont: de vrouw, haar dochter, de burgemeester, de pastoor en een meisje dat vrijwilliger is bij het Rode Kruis. De pastoor neemt de baby daarna mee naar zijn kleedkamer, waar verder niemand mag komen. Natuurlijk beginnen al snel de grappen over priesters en kleine jongetjes...

Na het doopfeest gaan we naar Casa Sami, waar de leerlingen voor het eerst kennis maken met de straatkinderen. Natuurlijk staan Alex en Burley, de druktemakers vooraan om zich voor te stellen. We eten de voor mij inmiddels bekende aardappelsoep, waarna we naamkaartjes gaan knutselen, zodat de kinderen onze namen makkelijk kunnen leren. Zelf proberen ze daar zo goed mogelijk bij te helpen, maar als Erdal Eradl op zijn eigen kaartje schrijft, heeft hij al snel de bijnaam Eraddel voor zichzelf veroorzaakt.

Later in de middag gaan we weer naar Mamaia. We lopen langs het strand en door de zee, op weg naar de boulevard. Daar gaan we op zoek naar een restaurant. We komen uit bij La Balansoar, jawel, het bekende etablissement met de schommelbanken! Ja, die met die ober die op Jan Smit lijkt. Al snel staat Alina aan onze tafel. Dit arme kind moet van haar ouders rozen verkopen in Mamaia. Van haar vader mag ze niet meer in Casa Sami komen. Ze vraagt of we meegaan op kamp, om ons vervolgens teleurgesteld te vertellen dat zij niet meemag. Omdat we weten dat rozen kopen haar niet helpt, kopen we niets, ook al is dat moeilijk voor ons gevoel van medelijden. Ondanks deze domper op de avond eten we hier prima, en bestellen we nog toetjes. Ongeveer de helft van ons bestelt tiramisu. Tom en Daniëlle smeren de toetjes totaal in elkaars gezichten uit, in plaats van ze op te eten. De obers weten niet of ze nu moeten lachen of niet, maar stiekem vinden ze het erg leuk en komen ze extra servetjes brengen. Na nog een lange serie bezoeken aan winkeltjes gaan we, secuur alle clowns ontwijkend terug naar de Maxi Taxi om daarmee huiswaarts te keren.

zondag 3 juli 2011

Aankomst in Constanta

Zoals elk jaar begint onze reis officieel op het vliegveld Keulen-Bonn. Aan de incheckbalie blijkt dat German Wings onze bagageaanvraag verkeerd heeft verwerkt, waardoor we 200 euro moeten bijbetalen om onze spullen mee te mogen nemen. Na dit eerste pijnlijke verlies gaan we, traditioneel, naar de Starbucks om ons te goed te doen aan frappucino´s. Voor we het vliegtuig ingaan, bezoeken we allemaal nog snel het toilet. Op het herentoilet treffen we een bijzondere automaat aan, waar je niet alleen condooms uit kunt halen, maar ook diverse sextoys voor de vrouw, zoals orientalischer Lustfingers en Toyboys.

In het vliegtuig genieten we van Silvies vliegangst, die haar hoogtepunt bereikt als het vliegtuig met een harde klap de grond raakt. Zelf zit ik tot die tijd een reistijdschrift te lezen, waarin een pagina staat met een reclame met schaars tot niet geklede dames. Er wordt gesuggereerd dat ik een Playboy lees met de kaft van een reistijdschrift om Ramona te misleiden.

Dan komt de tweede tegenvaller. In Roemenië is het rotweer! Het regent hard en voortdurend. Niks geen verwachte 34 graden... vijftien hooguit! Ellen staat zoals gewoonlijk klaar om ons te ontvangen. Snel laden we onze bagage in de bussen en we vertrekken naar Constanta. We maken een jongens- en een meisjesbus. In de meisjesbus is het rustig en slaapt iedereen, in de jongensbus overheerst de hilariteit, met name door Marins pogingen om Nederlands te praten. Er komt niet veel meer uit dan klootzak, diarree en dikke lul en hij bezweert ons dat we hem ons leven lang zullen onthouden: You will remember me forever! Met name Rick bevestigt dit steeds.

Met Ellen praat ik uitgebreid bij over Casa Sami en de kinderen die er komen. Er is weer veel veranderd. Er zijn nieuwe kinderen en andere zijn, voor mij onverwacht, verdwenen. We spreken het programma door. Omdat Casa Sami in het weekend tegenwoordig helemaal dicht is, hebben we zondag helemaal vrij om te acclimatiseren. Dat betekent dit jaar alleen maar dat we moeten leren leven met hondenweer. Tussen neus en lippen door wijst Ellen ons op de hoertjes die langs de weg tippelen, terwijl ze zich warmen aan grote benzinevuren.

In ons huisje bij Mamma Mia bespreken we kort het programma van de komende twee weken. Voor we daarna kunnen gaan slapen, moeten we het huisje ontdoen van kakkerlakken, die hier nogal wat rondkruipen. Uiteindelijk besluiten we ze gewoon uit het raam naar beneden te gooien, want dat is de snelste manier om van ze af te komen. Dat Amber, Sophie en Ramona beneden slapen, is natuurlijk bijzaak. Omdat het onze enige mogelijkheid wordt voor de komende weken, slapen we zondagmorgen lekker uit. Zondag is het vreselijk weer. Bij de boodschappen voor het ontbijt zijn we in één keer door ons dagbudget heen omdat Silvie geen genoegen neemt met de overheerlijke Finetti, maar per se een pot geïmporteerde chocoladepasta wil hebben. Tot half drie zitten we in ons huisje. Dan zijn we het zat om binnen te zitten. Daniëlle heeft er zo´n genoeg van dat ze haar benen met haar eigen bloed aan het versieren is. Een opengekrabde muggenbult verandert in een ster die haar hele onderbeen beslaat. We vertrekken maar en lopen in de stromende regen naar het winkelcentrum in de buurt. We verspreiden in twee groepen: de jongens en de meisjes. Tom loopt elke kledingwinkel binnen die hij kan vinden. Als hij van de rest geen of slechte hulp krijgt, verzucht hij dat hij liever met de meiden had meegewild. Gelukkig komen we ze snel tegen en kunnen we Tom overdragen aan het andere team. De andere jongens vertrekken naar de McDonalds. Daar valt ons op dat alle meisjes oorbellen dragen, ook die van één of jonger. We vermoeden dat dat is omdat niet te zien is of het jongens of meisjes zijn. Als we naar buiten kijken, zien we zelfs een waterbalanzer, maar de functie van die man snappen we niet.

Op de afgesproken tijd staan we weer bij de ingang. Tom heeft duidelijk meer gehad aan de dames dan aan ons, want hij komt met zo´n zeven tassen het winkelcentrum uit. We wandelen terug naar ons huisje. Het is opvallend hoeveel huisjesslakken hier over straat rondkruipen. Natuurlijk komen ze naar boven door het vieze weer, maar het lijkt een ware plaag hier. Voor ons huisje nemen we de Maxi Taxi naar Mamaia om even te gaan kijken in het uitgaansgebied. Het kost even moeite om Silvie te overtuigen, maar uiteindelijk kruipen we met z´n allen in de kabelbaan. We zweven hoog boven de hotels en het zwemparadijs, met in het westen het meer van Constanta en in het oosten de Zwarte Zee.

Daarna lopen we over de boulevard op zoek naar een restaurant. Het wordt een grillrestaurant (voor de kenners: dat met die lekkere brownies!). We krijgen knoflookbrood met meer knoflook dan brood en daarna is Silvies friet koud. We moeten in de loop van de avond zo´n 38 keer horen dat koude friet niet lekker is. Gelukkig is ze dat al snel weer vergeten als ze daarna tot ergernis van elke winkelier in alle winkels binnenloopt en daar alles past om het daarna weer terug te hangen.

Terug in ons huisje beginnen Sophie, Wouter, Ramona, Amber en Rick met een potje Monopoly. De rest stapt over op slechte grappen over Witte Tonnie, Natte Henkie, het Ottomaanse rijk (ja, daar kun je grappen over maken!) en Downiëlle. Rond een uur of twaalf gaan we slapen, zodat we morgen uitgerust aan onze echte eerste dag in Casa Sami kunnen beginnen.